zondag 31 december 2017

Dag 238: Parlavà - Girona

Een gemene klim, een defect, opladen, 35 kilometer en 250 hoogtemeters.

Vannacht begon het weer fors te waaien, maar ik was voorbereid en had mijn tent op een plek met voldoende beschutting gezet, zodat ik toch nog een redelijke nachtrust heb gehad gelukkig. Zoals inmiddels gebruikelijk stond ik weer eens op een heuvel, dus had ik gelijk uitzicht toen ik uit mijn tent kwam.


Na het inpakken met de fiets aan de hand weer richting de weg, waar ik gelijk aan een klim mocht beginnen. Dit wist ik op voorhand, wat ik niet wist is hoe gemeen deze klim zou zijn. Grotendeels erg steil, met tussendoor korte stukjes vlak of zelfs dalend.

Vooral die onderbrekingen maken me het lastig, want die zorgen dat ik geen ritme kan vinden. Al met al word het daardoor een hele worsteling om boven te komen. Hoewel minder dan de helft van de hoogtemeters in de Pyreneeën, voelt deze klim twee keer zo zwaar aan.

Gelukkig heeft klimmen altijd een voordeel, aansluitend mag ik weer naar beneden. De afdaling is lekker regelmatig en niet al te steil, dus ik hoef kilometers lang geen trap te doen. Zodra ik weer een trap moet doen blijkt het pechvogeltje echter op mijn fiets te zitten.

Mijn trapper aan de linkerkant breekt gedeeltelijk af, waardoor deze scheef komt te zitten. Uiteraard gebeurd dit net na het begin van de siesta, waardoor ik geen kans heb om direct een fietsenmaker op te zoeken. Er zit dus niets anders op dan doortrappen op halve kracht.

Al vrij snel merk ik de gevolgen van dit ongemak. Mijn linkerknie begint wat te zeuren door het bewegen in een ongemakkelijke houding en mijn rechterbeen raakt vermoeid doordat deze bijna alle kracht moet leveren. Het laatste stuk naar Girona duurt dan ook wat langer dan gedacht, maar rond zonsondergang kom ik er aan en kan ik op zoek naar een fietsenmaker.

Tijdens deze zoektocht betreed ik het centrum van Girona waar de straatjes zo smal en druk zijn, dat ik van de fiets moet. Dit tot grote vreugde van mijn beide benen die de werklast weer normaal kunnen verdelen. Tijdens deze wandeling kom ik ook nog langs een lieflijk kerkje met de maan op de achtergrond.


De eerste fietsenzaak die ik bereik blijkt gesloten te zijn, maar bij de tweede is het raak en een kwartier later sta ik dan ook met een nieuw stel trappers op de fiets weer op straat en kan ik mijn weg vervolgen. Alleen spijtig dat ik door alle vertraging geen kans had om Girona te verkennen, want deze stad lijkt echt de moeite waard.

Al wat nu nog rest op deze dag die al voelt als een lange dag, is het opzoeken van een Mac om te laden. Mijn stroom is namelijk weer bijna op. Tijdens mijn verblijf daar kijk ik ook eens naar de route voor de komende tijd en het is wel duidelijk dat ik geen gebrek aan zeezicht zal krijgen. Nog één dag fietsen en ik ben weer bij de kust, die ik min of meer zal volgen gedurende enkele honderden kilometers.

Na het laden stap ik op de fiets om een plek voor mijn tent te vinden, maar dat blijkt nog niet zo eenvoudig. De plek die ik op het oog had is niet geschikt. De enige vlakke stukjes daar liggen vol met afval. Bovendien is dit stukje al bewoond. Een ree begint namelijk hartstochtelijk te blaffen zodra ik een paar stappen in het bos zet. Ik kan hem niet zien, maar hij klinkt erg dichtbij, hooguit tien tot twintig meter verwijderd.

Ik bekijk een volgende optie en een volgende en een volgende en kom daarbij steeds verder af van de doorgaande weg, maar uiteindelijk weet ik wel een plekje te vinden. Eindelijk rust na deze lange en zware dag. Als compensatie daarvoor een afsluiter die leuk en kort is. Deze band is nadat ik contact met band en een kroegeigenaar had gehad al een paar keer in Oldenzaal geweest, maar ik wist ieder optreden te missen. Ooit ga ik ze nog live zien.

zaterdag 30 december 2017

Dag 237: Belcaire d'Empordà - Parlavà

Een geheugentest, 30 kilometer en 110 hoogtemeters.

Vannacht in een prachtige omgeving geslapen. Dat vermoeden had ik al toen ik gisteren in het donker hier mijn tent aan het opzetten was, maar bij daglicht werd het pas echt duidelijk. Aan de ene kant van mijn tent kon ik kilometers ver kijken, tot de Pyreneeën.


Aan de andere kant ging het heuvel op, dus was het uitzicht wat beperkt, maar niet minder fraai.


Het ziet er hier niet alleen mooi uit, het ruikt zelfs nog beter. Opnieuw sta ik tussen de rozemarijn en nu niet een paar struiken naast de tent, maar enorme bossen aan alle kanten van mijn tent.


Deze keer stond er echter niet alleen rozemarijn, maar ook tijm stond er in ruime hoeveelheden en ook dat is een heerlijk geurende plant. De combinatie van de twee, en dan vooral dankzij de enorme hoeveelheid, zorgde voor een fantastische geur.


Ook een andere smaakbepaler uit de Mediterraanse keuken was aanwezig, her en der verspreid stonden er tussen de naaldbomen, die ook lekker ruiken natuurlijk, ook nog olijfbomen. Al met al een fantastische plek dus.


Iets minder fraais vond ik direct onderaan de heuvel waar ik de nacht door had gebracht. Ondanks een dappere poging van de boer om hier nog gras te groeien, is dit veld een stukje woestijn aan het worden. De weg waarvandaan ik deze foto had genomen lag onder een flinke laag zand die van het veld afgewaaid was. Ik had niet verwacht dat ik zo noordelijk in Spanje al de eerste tekenen van woestijnvorming tegen zou komen. En dan zijn er nog mensen die de klimaatverandering ontkennen. Woestijnen horen niet op deze plek en dit is het begin van een nieuwe woestijn. Door het verwaaide zand was het naastgelegen veld namelijk ook al zo goed als verstikt.


Nog weer tien meter verder moest ik even lachen. Ik blijk precies op de fietsroute die vanuit Griekenland naar Cadiz loopt te hebben geslapen. Sinds het zuiden van Frankrijk volg ik deze route wel qua algemene richting, maar niet letterlijk. Dan zou ik namelijk hele dagen over kleine slechte wegen rijden met ook nog eens veel meer klimmetjes dan ik nu te verwerken krijg. Een fantastische route voor liefhebbers met een MTB, maar ik waag me er niet aan met mijn fiets en bagage.


Vandaag ga ik weer een keer terug in de tijd. Niet uit sentiment, daar ben ik niet zo van, maar meer uit nieuwsgierigheid. Als kind van zes ben ik ooit een keer op vakantie geweest in l'Estartit en ik ben benieuwd of ik nog dingen herken van zo lang geleden. Ik heb wel een paar fragmenten van die vakantie in mijn hoofd, maar veel zijn het er niet.

Gisteren herkende ik trouwens al het eerste en dat ik het kasteel op de heuvel dat vanaf tientallen kilometers in de omgeving te zien is. Gisteren zag dat er toch wat anders uit trouwens op grotere afstand met zijn ronde vorm met daar iets bovenop.


Het gaat om Castell del Montgri, een kasteel met een opvallend stukje geschiedenis. Vanaf de buitenkant lijkt het een compleet kasteel, maar de binnenkant is nooit afgebouwd. Het enige dat er staat is dus een buitenmuur met bijbehorende torens op de hoek. De bouw begon eind dertiende eeuw toen twee Catalaanse edelen oorlog met elkaar hadden. Één van de twee heeft toen de opdracht gegeven dit kasteel te bouwen. Niet ter verdediging zoals gebruikelijk, maar als uitkijkpunt. Vanaf deze berg is immers de hele omgeving te zien en zo zouden alle troepenbewegingen te volgen zijn geweest. Toen de oorlog op zijn einde liep was het kasteel niet meer nodig en zijn ze gestopt met de bouw.

Iets verderop het volgende punt van directe herkenning, de twee pieken die boven l'Estartit uitsteken. Nog voor ik in de plaats zelf ben zijn deze al goed te zien.


In het plaatsje zelf herken ik nog een paar dingen. Ik kom langs een soort van speeltuin met een grote glijbaan waar we toen zijn geweest, en ik weet het restaurant te vinden waar we toen vaak zaten. Helaas wel in gesloten toestand vanwege de winter. Hoewel, mogelijk is het alleen maar goed dat ze gesloten zijn. Als ik het internet moet geloven dan maakt de eigenaar die er sinds vorig jaar op zit er een zooitje van en is het eten er tegenwoordig ronduit slecht.


Ook niet te missen zijn de rotseilandjes die voor de kust liggen en dat is het laatste dat ik herken. Genoeg gebouwen verder uit de tijd dat ik hier eerder ben geweest, maar ik herken er verder helemaal niets meer van.


Tot slot ga ik nog even naar de supermarkt, dezelfde als waar ik als zesjarig jochie kwam en de binnenkant van die supermarkt deed wel een paar belletjes rinkelen qua herkenning. De producten die er tegenwoordig te vinden zijn deden mij echter toch wel opkijken. Een voorbeeldje:


Letterlijk tientallen producten van het Jumbo huismerk waren hier te vinden. En dan denk je even lekker naar het buitenland te gaan. Ik begrijp ook al die Nederlanders niet die in den vreemde altijd hun normale eten willen eten. Ik vind het juist heerlijk om culinair op ontdekkingstocht te gaan in het buitenland en moet er dan ook niet aan denken om 'normaal Nederlands' te eten in den vreemde.

Ik heb vaak verzucht dat Fransen vreemde mensen zijn de afgelopen weken, Nederlanders lijken als je dit ziet nog veel gekker. Zeker als je naast je in de supermarkt ineens een meid met een ontzettende zeurstem tegen haar moeder hoort zeggen dat er geen chocomel meer is. Ik heb maar even niet laten merken dat ik ook Nederlander ben. Ondertussen bleven meerdere Nederlanders mij voorbijlopen. Ook in de winter komen ze hier dus in aardige aantallen heen. Opvallend veel liepen overigens alleen met een paar flessen wijn naar buiten. Stelletje zoeperds!

Na de supermarkt lag l'Estartit weer achter me en ging ik alvast een stuk nog door in de richting van Girona, de stad waar ik morgen stroom hoop te halen. Bij een Catalaans dorpje heb ik mijn fiets een heuvel opgeduwd en ben ik mijn tent op gaan bouwen. De vaste volgers zien het al aankomen, het is daarmee gelijk tijd geworden voor de afsluiter van de dag. Na al die gekke Nederlanders iets uit het vaderland dat qua titel wel toepasselijk is, want die rare Nederlanders doen mijn hart wel een beetje bloeden. Wat een vreemd volkje zijn we.

vrijdag 29 december 2017

Dag 236: Figueres - Belcaire d'Empordà

Moeizame dag, 29 kilometer en 70 hoogtemeters.

Gisteren rustdag, en normaal heb ik na een rustdag altijd uitstekende benen, vandaag blijkt dat niet het geval te zijn. Dit ontdek ik echter pas wat later, doordat ik me tijdens het inpakken wat laat afleiden door de omgeving en als ik naar de natuur aan het kijken ben, dan vliegt de tijd meestal voorbij.


Veel van de dennenappels die hier aan de bomen hangen zijn volledig omwonden met spinnenrag. Helaas alleen die op wat grotere hoogte, waardoor ik ze niet goed op de foto krijg met mijn mobiel. Ik neem aan dat dit een methode is om de jonkies te beschermen tot ze de wereld intrekken.

Ook komt er nog een vlinder voorbij fladderen, maar het mooiste vind ik toch wel een kevertje met zwarte en rode strepen op de bovenkant en rode stippen op een zwarte onderkant die ik door het gras zie kruipen.


Het beestje kruipt op enig moment op een los takje, wat mij de kans geeft om het takje op te pakken en het beestje van wat dichterbij te bekijken voor ik hem of haar weer op pad laat gaan.


Zodra ik pp de fiets stap heb ik eerst nog het idee dat ik prima benen heb. De eerste acht kilometer vloeg ik namelijk over de wegen. Hierna steekt er echter een licht briesje op en gelijk begint het worstelen. Twee kilometer later voel ik mijn benen letterlijk leeglopen en gaat de snelheid er volledig uit.

Ik laat me echter niet zomaar kennen en worstel door, tot na zonsondergang. Op dat moment zie ik gelukkig de plaats al liggen waar achter ik een slaapplaats denk te bemachtigen. Op een afstandje herken ik er een driehoek in door de lichten, een driehoek die me doet denken aan een kerstboom. Hoe toepasselijk op deze eerste kerstdag?


Eenmaal voorbij deze plaats bouw ik mijn kribbe op en leg ik me te rusten. Voor jullie is de kerst al voorbij, maar ik sluit toch gewoon af met een kerstnummer.

donderdag 28 december 2017

Dag 235: Figueres - Rustdag

Na zeven dagen fietsen weer een dagje rust.

Gisteren was een lange en zware dag en toen ik eindelijk in mijn tent lag stond al vast dat ik in ieder geval ging uitslapen en er mogelijk een rustdag van zou gaan maken. Al vrij snel na het ontwaken is me wel duidelijk dat een rustdag op zijn plaats is vandaag.  Het is duidelijk aan mijn lijf te voelen dat ik gisteren niet alleen een flinke afstand heb afgelegd, maar vooral ook een recordaantal hoogtemeters.

Vandaag doe ik dus lekker niets. Of bijna niets dan. Uiteraard gaat het goed eten en drinken door, want met al die inspanningen heeft mijn lijf de voedingsstoffen nodig. Daarnaast neem ik ook de tijd voor een uitgebreide scheerbeurt en lees en schrijf ik wat. Uiteindelijk gaat een dag met schijnbaar niets dan toch nog snel voorbij. Ik heb alleen dus hier een keer niet veel te melden, dus is het vandaag ook een rustdag voor de lezers. Hebben jullie mooi de tijd om van Florence + The Machine te genieten.

woensdag 27 december 2017

Dag 234: Banyuls-dels-Aspres - Figueres

Over de Pyreneeën met prachtig weer, opladen, 48 kilometer en 320 hoogtemeters.

Het gaat de hoogte in vandaag, over één van de grote bergketens van Europa, maar gelukkig heeft de natuur een relatief lage doorgang laten ontstaan toen de grond hier de hoogte in ging. Ik kom vandaag niet hoger dan een meter of 280 boven zeeniveau. Best gek, omdat ik in het noorden van Frankrijk honderden kilometers op grotere hoogte heb gefietst.

Vandaag trouwens geen foto vanaf de plek waar mijn tent stond, want daar waren alleen maar bomen. Deze keer dus een foto van direct na het betreden van de weg. De bergen zijn in de verte maar al te duidelijk te zien.


De eerste paar kilometer gaat het uitstekend, want het echte klimwerk is nog niet begonnen. Hier loopt het hooguit af en toe een beetje omhoog. Vals plat dus. Dat geeft me de kans om nog even te genieten van dit stukje Frankrijk en dan vooral van de Pyreneeënreuzen die iets naar het westen liggen.


Uiteraard komt na een paar kilometer onvermijdelijk het moment dat de weg omhoog begint te lopen. Hoewel het zeker niet direct een muur is die voor me staat, heb ik het toch in het begin erg lastig. Gelukkig blijft de klim echter constant doorlopen, waardoor ik uiteindelijk een ritme weet te vinden en zelfs bij kan schakelen.

Af en toe blijf ik even aan de kant staan om wat bij te komen, maar ik verbaas mezelf erover hoe ver die rustmomenten uit elkaar liggen. Ik blijk niet de enige te zijn die vandaag met zijn bagage de berg op wil. Na een paar kilometer kom ik een Oostenrijker tegen, die vlag heeft hij tenminste bij zich, maar hij heeft het al opgegeven om fietsend omhoog te gaan en is gaan lopen. Hij heeft een vergelijkbare hoeveelheid bagage, dus dat maakt mij extra trots op mijn eigen prestatie.


Heel wat kilometers gaat het zo door en meter na meter kom ik hoger boven zeeniveau. Het is wel hard werken en ik focus me volledig op de klim en niet op de omgeving, maar tot anderhalve kilometer onder de top kan ik in een behoorlijk tempo door stampen.

Het is in de laatste anderhalve kilometer dat ik het uiteindelijk toch nog echt zwaar krijg, want het stijgingspercentage neemt daar steeds meer toe. Ik weet nog wel iets van een ritme te houden, maar de benen zijn inmiddels aardig aan het verzuren, dus moet ik toch ineens vaker even langs de kant gaan staan. Op één van die momenten zie ik overigens dat de snelweg nog net een stukje hoger gaat en blijkbaar aan onderhoud toe was.


Vlak na bovenstaande foto fiets ik Perthus binnen, het plaatsje op de top. Nog een paar honderd meter en ik ben boven op de col. Vijftig meter verder staat een bankje en daar ga ik even zitten om de overwinning te vieren. Nog wel altijd in Frankrijk overigens.

Na dit rustmoment stap ik weer op de fiets, laat de remmen los en knijp direct weer in de rem. File. Vele Fransen komen namelijk naar hier om bijvoorbeeld goedkoop sigaretten te kopen en daardoor staat het verkeer bijna volkomen stil. Altijd is er wel iemand bezig met in of uit een parkeerplaats te manoeuvreren, daarbij het verkeer ophoudende.

Het eerste en steilste deel van de afdaling gaat daardoor uiteindelijk nog trager dan het laatste stuk van de klim. Het moet niet gekker worden. Zodra ik echter eenmaal het dorp uit ben word de weg breder en is de opstopping voorbij. Eindelijk echt afdalen en bovendien eindelijk in Spanje. Een paar weken later dan de bedoeling was, maar ik ben er.

Kilometers kan ik zo heerlijk afdalen en ook nadat de afdaling voorbij is kan ik nog een hele tijd het tempo hooghouden, tot een kilometer of vijf voor Figueres. Op dat moment begint de tank namelijk toch wel wat leeg te raken.

Ik zet nog even de beentjes op de grond om wat op adem te komen en kijk daarbij opzij waar al die herrie toch vandaan komt. Naast mij op de elektriciteitsdraden zitten honderden vogels vrolijk te kwekken met elkaar. Op de foto zijn ze wat lastig te zien, maar het waren er echt veel.


Al snel ontdek ik echter dat dit nog maar een klein deel van het geheel is. Ineens komt er namelijk een gigantische zwerm met duizenden vogels in beeld geschoven en op dat moment zie ik ook dat bij volgende masten in totaal duizenden vogels zitten.


Ineens stijgt er ook nog een tweede zwerm van de grond op, nog groter dan de eerste. En de bomen midden in beeld op onderstaande foto, die blaadjes lijken te hebben zijn zo kaal als maar kan, ze zitten helemaal vol met vogels. Alles bij elkaar gaat het hier om tienduizenden vogels die samen zijn gekomen vlak voor zonsondergang.


Na genoten te hebben van dit prachtige schouwspel stap ik weer op en fiets ik Figueres binnen, op weg naar de Mac. Ik heb namelijk weer stroom nodig. Gelijk is het verschil met de andere kant van de bergen te merken. Daar waren de straten na zonsondergang uitgestorven, hier is het een drukte van belang. Mensen leven hier liever buiten.

In het centrum van Figueres is een kleine kerstmarkt en tot mijn verbazing zijn er zelfs mensen aan het dansen op de kerstmuziek, met een flinke kring toeschouwers. Ik voel me direct thuis.


Nog even rap langs de supermarkt en vervolgens naar de Mac. Een Mac die mooi lang open is, waardoor ik de accu's weer goed vol kan gooien. Hier leeft men niet alleen meer buiten, maar ook meer in de avond. Zelfs om half één, bij mijn vertrek, komen er nog gezinnetjes met kinderen aan om te gaan eten.

Nog een paar kilometer peddelen en ik bereik mijn plek voor de nacht. En niet alleen voor deze nacht, maar ook voor de volgende. Morgen is het namelijk rustdag na deze bergetappe. Gisteren al de Dutch mountains, nu een ander nummer met mountain in de titel als afsluiter.

dinsdag 26 december 2017

Dag 233: Rivesaltes - Banyuls-dels-Aspres

Door Perpignan, 33 kilometer en 170 hoogtemeters.

Afgelopen nacht stond ik weer in het groen. Ik stond zelfs op het groen. Om een plekje voor mijn tent te maken moest ik namelijk eerst wat lang gras tegen de grond werken.


Vandaag moet ik door Perpignan zien te komen. Iets dat eenvoudig zou zijn als ik de D900 zou kunnen gebruiken, maar daar mag ik na Perpignan pas weer op. Hierdoor ben ik genoodzaakt om te zigzaggen tot aan Perpignan, waardoor ik extra kilometers moet maken.

Na vijftien kilometer heb ik de tien kilometer naar Perpignan overbrugd. De helft daarvan ging fluitend, de andere helft uiterst moeizaam. De wind speelt namelijk nog altijd een belangrijke factor.  Het uitzicht maakte daarbij veel goed, want juist de stukken tegen de wind in keek ik uit op de Pyreneeën.


En dan kom je dus in het centrum van Perpignan. Nu ben ik er inmiddels aan gewend dat ik grotere steden in Frankrijk het beste via het centrum kan passeren, omdat dat als fietser het beste opschiet. Perpignan blijkt echter een uitzondering te zijn. Dit centrum is één grote chaos van wegen en steegjes, met veel voetgangersgebieden en eenrichtingsverkeer.



Als winkelliefhebber kun je zo te zien hier je hart ophalen, maar omdat ik zo druk ben met navigeren, heb ik nauwelijks de kans om de stad te bekijken. Af en toe zie ik een leuk gebouw staan, maar verder ben ik druk met het verkeer. Mocht je deze stad ooit willen bezoeken, zet dan je auto aan de rand, pak de bus naar het centrum en doe het verder te voet.


Gelukkig vind ik na een tijdje de weg om de stad weer uit te komen. Deze weg is in het begin niet echt fietsvriendelijk, maar het verkeer gaat hier zo langzaam, dat geeft geen gevaar. Bij het verlaten van de stad uiteraard ook nog kilometers aan winkels, waar ik er één van uitkies voor mijn inkopen.

Ik ben van Nederland wel wat gewend qua drukte op dit soort dagen, het is de vrijdagmiddag voor kerst, maar dit slaat alles. In de honderden meters lange tussengang tussen de gangpaden staan al genoeg mensen om een flink dorp mee te stichten.

Stapvoets krijgt hier een hele andere betekenis. Ik heb geen zin om hier een heel weekend door te brengen, dus val ik ieder gaatje dat ontstaat enthousiast aan. Als een ware Max Verstappen duik ik in de kleinste gaatjes en met prachtige uitremacties haal ik de één na de ander in. Al met al ga ik twee keer sneller dan de rest, maar het is nog altijd op de helft van mijn normale snelheid.

Na mijn wagentje te hebben voorzien van mijn benodigdheden begeef ik me naar de kassa's. Als je hier in wil schatten welke rij het snelste gaat, dan heb je een supercomputer nodig, want er zijn maar liefst 60!! kassa's open. Er zijn ook drie kassa's gesloten overigens. Belachelijk!

Na deze overlevingstocht moet ik eerst even bijkomen voor ik weer op de fiets klim. Op naar een plek waarvandaan ik morgen de Pyreneeën aan kan vallen. Diezelfde Pyreneeën zorgen overigens voor een fantastische zonsondergang, doordat de zon achter de bergen verdwijnt, maar daar nog wel even blijft schijnen.


Dit zorgt aan de andere kant van de weg voor een mooie gloed boven de bergen.


Niet veel later lijkt het alsof er een enorme explosie is aan de andere kant van de bergen. Zelden zo'n fraaie zonsondergang gezien.


Vlak na zonsondergang vind ik uiteindelijk een plekje waar ik mijn, voorlopig, laatste nacht in Frankrijk door kan brengen. Morgen is het tijd voor een ander land en nu is het tijd voor de afsluiter van de dag. De laatste foto is de inspiratie voor onderstaande.

maandag 25 december 2017

Dag 232: Sigean - Rivesaltes

Meer wind, 37 kilometer en 90 hoogtemeters.

Na de slapeloze nacht van gisteren, deze nacht uitstekend kunnen slapen. Mijn keuze om in een bos te gaan staan heeft dus uitbetaald. De wind bleef jagen, maar mijn tent liet bijna geen geluid horen, omdat de bomen van het bos de wind opvingen. Een mooie foto van de omgeving zit er dan alleen niet in.


Ik bedenk me dat ik gisteren iets vergeten ben te vermelden. Vlak voor ik bij het bos kwam waar ik de nacht door heb gebracht, kwam ik langs een dame die langs de kant van de weg stond en me een ongetwijfeld schappelijke prijs toeriep voor bepaalde diensten. Nu ben ik niet thuis in die markt, maar ik vroeg me wel gelijk af hoe zwaar je het moet hebben als je voor zo'n prijs jezelf verhuurd.

Deze ochtend word er op het moment dat ik net het bospaadje uit kom en op de fiets wil stappen, een vergelijkbare dame bij het begin van dat pad afgezet. Blijkbaar komt dit soort van bermtoerisme hier veel voor.

Ik kijk vandaag erg uit naar het eerste deel van de route. Na een korte afdaling moet ik eerst nog een klimmetje op, maar daarna komt het lekkers. Eerst een langere afdaling, gevolgd door een lekker stuk met de wind in de rug. De kilometers vliegen dan ook voorbij, tot ik de kust weer eens bereik.


Hierna komt echter de keerzijde van de medaille. De weg gaat weer wat westwaarts en dus krijg ik de wind weer tegen. Gelukkig krijg ik hierbij nog wel af en toe wat bescherming van de heuvels, die hier bijna overal liggen. Weer een teken dat de Pyreneeën in aantocht zijn. Groen zoals het vaak wel in de Pyreneeën is, is het hier echter absoluut niet. Alles is droog en dor.


Iets verderop kom ik op een belangrijk punt, het begin van Catalunya. En nee, ik ben de grens nog niet over en bevind me dus nog gewoon in Frankrijk. Dit stukje Frankrijk hoort echter ook bij Catalunya, iets dat veel mensen niet weten. Mensen die hier over de snelweg passeren kunnen een kunstwerk met grote bogen zien dat een symbolische voorstelling van de poort naar Catalunya is, fiets je over de D-weg, dan is dit kunstwerk echter meer een stipje in de verte.


Op de dag van de Catalaanse verkiezingen aan de andere kant van de bergen, fiets ik dus Catalunya in. Een mooie timing. Overigens kom je hier ook al gelijk her en der Catalaanse vlaggen en gele lintjes tegen, net als veel supporters van FC Barcelona.

Bij het eerste Catalaanse dorpje doe ik nog even wat inkopen, en daarna kan de zoektocht naar een slaapplek beginnen. Dat is echter nog wel een uitdaging, want het landschap is hier volkomen open, terwijl ik vanwege de wind toch echt beschutting nodig heb. Uiteindelijk moet ik daardoor nog een heel eind fietsen.

Vlak voor zonsondergang zie ik voor het eerst een echte berg in de verte liggen, met sneeuw bovenop. Gelukkig hoef ik daar niet overheen om aan de andere kant te komen.


Tien kilometer voor Perpignan moet ik van de D900, die ik al dagen aan het volgen ben af, want vanaf daar is het tot na Perpignan een autoweg. Deze gedwongen omleiding zorgt echter ook dat ik niet al te snel daarna in de buurt van een overnachtingsplek kom. Een geluk bij een ongeluk dus. Tijd dus ook voor de afsluiter van de dag. Nu deze Nederlander zijn eerste echte berg heeft gezien kan dat er maar één zijn.

zondag 24 december 2017

Dag 231: Narbonne - Sigean

Erg harde wind, 25 kilometer en 220 hoogtemeters.

Gisteren was de wind die al een paar dagen fors aan het waaien was ineens verdwenen, maar vannacht keerde hij in alle hevigheid terug. De plek die ik had gekozen bood geen bescherming tegen deze niet voorspelde wending, waardoor ik bijna geen oog dicht heb gedaan. Alles bij elkaar heb ik hooguit een uur slaap gehad.

Het daglicht schijnt nog niet zo lang mijn tent in op het moment dat de wind nog harder gaat blazen en ik dusdanig voor de veiligheid van mijn tent begin te vrezen, dat ik besluit om direct in te gaan pakken.

Met een vermoeid lijf sta ik dan ook in de ochtend kou als opgejaagd wild mijn tent af te breken tot het punt dat hij plat ligt en de wind er bijna geen vat meer op heeft. Op dat moment kan ik even opgelucht ademhalen.

Het is ook op dat moment dat ik voor het eerst bij daglicht om me heen kan kijken, en mijn vermoeden van gisteravond blijkt waar te zijn. Deze of vorige zomer is alles hier platgebrand.

Diverse van de hier aanwezige schuurtjes zijn ingestort, bomen en struiken zijn vaak geheel of gedeeltelijk zwart en zelfs het gras is op sommige plekken verbrand. En dat allemaal letterlijk naast de stad. De buurtbewoners zullen zich ongetwijfeld grote zorgen hebben gemaakt.







Na op adem te zijn gekomen moet mijn tent nog opgevouwen worden en dat is altijd een uitdaging bij veel wind. Het is even stoeien, maar uiteindelijk krijg ik hem in zijn zak en kan ik vertrekken.

Gisteren ben ik door de stad gefietst, nu moet ik nog langs één van de commerciële centra van Natbonne. Daarbij moet je niet denken aan een paar winkeltjes, maar kilometers achter elkaar de ene na de andere grote winkel. Ik tel alleen al zeven supermarkten bijvoorbeeld.

Bij één van die supermarkten stop ik om wat vers ontbijt in te slaan en buiten, beschut tegen de wind, te nuttigen. Pas na dit ontbijt voel ik me weer een beetje mens en kan ik mijn weg vervolgen.

Uiteraard is de wind er nog wel altijd en helaas staat die vandaag niet in mijn voordeel. Meestal heb ik hem vol in mijn zij, soms schuin tegen en beiden is een uitdaging met windstoten tot boven de tachtig kilometer per uur.

Met al mijn bagage vang ik veel wind, waardoor ik 'alle zeilen bij moet zetten' om mijn stuur een beetje recht te houden. Normaal fiets ik wat dichter op de rijbaan, omdat daar de weg schoner is, maar dat kan ik me vandaag niet veroorloven, omdat ik ruimte naast me nodig heb om plotselinge windvlagen op te vangen.

Gevolg is dat ik moet fietsen waar alle rotzooi ligt, de steentjes, resten van auto-onderdelen en ook glas. Scherp opletten dus, maar gelukkig weet ik lekke bandem te voorkomen.

De niet aflatende wind heeft wel tot gevolg dat mijn armen voortdurend vermoeid raken, omdat ik zoveel kracht nodig heb om het stuur recht te houden. In combinatie met de stukken wind tegen zorgt dit dat ik vaak moet pauzeren.

Ik was vroeg vertrokken, maar leg onder de omstandigheden maar een afstand af die eerder past bij een laat vertrek. Iedere kilometer is winst denk ik dan maar. Onderweg niet echt de kans gehad om om me heen te kijken, dus een eerste foto maakte ik pas toen ik al in het gebied was waar ik een slaapplek wilde zoeken. Terwijl ik de heuvel die ik net beklommen heb afkijk, zie ik dat de ondergaande zon de vallei in een mooie gloed zet.


Mijn plek voor de nacht is zorgvuldig gekozen. Ik ga mooi in een bos staan, zodat ik aan alle kanten bescherming heb tegen de wind. Naar ik hoop bescherming genoeg om nu wel goed te kunnen slapen. Enkel nog een stukje muziek voor het slapen gaan. Deze is al een keer eerder geweest, maar na vandaag heb ik weinig keuze qua toepasselijke muziek.


zaterdag 23 december 2017

Dag 230: Vias - Narbonne

Zon, opladen, 44 kilometers en 150 hoogtemeters.

Ieder nadeel heeft een voordeel. Doordat ik gisteren niet lang kon fietsen heb ik vandaag wat frissere benen. Daarnaast is het vandaag uitstekend weer, een graad of veertien en zon, dus de jas hoeft niet aan vandaag.

Ik had een heerlijk plekje vannacht, mooi verscholen tussen wat naaldbomen. Er lagen zoveel naalden op de grond dat ik ook nog eens extra zacht kon liggen. Wat wil een mens nog meer? Direct achter de bomen loopt de weg overigens al, dus ik kan snel weer op de fiets zonder eerst nog een veld over te moeten steken.



Qua route kan ik vandaag twee kanten op, binnendoor via boerenweggetjes, of een stukje om via Béziers en dan over de wat grotere wegen. Eigenlijk is dat geen keuze, want boerenweggetjes zijn hier vaak in bijzonder slechte staat. Op naar Béziers dus.

Meestal laten steden wel wat van hun schoonheid zien terwijl ik ze doorkruis, maar bij Béziers is dat lang niet het geval. Ik heb de stad al bijna afgeschreven wanneer ik toch nog wat moois te zien krijg. Terwijl ik bij een stoplicht sta zie ik ineens een mooi doorkijkje richting de basiliek.



Later blijkt deze basiliek vanuit bijna iedere hoek al van buiten de stad zichtbaar te zijn, alleen dus net niet vanuit de richting waaruit ik kwam. Even later passeer ik de rivier Orb en zie ik dat naast de brug die ik gebruik, een prachtige oude brug logt. Helaas had ik door het drukke verkeer echter geen kans om een foto te maken.

Uiteindelijk bleek Béziers dus toch nog schoonheid te herbergen. Minder fraai is echter een deel van de geschiedenis van deze stad. Begin dertiende eeuw zaten er in deze stad, en verder in de omgeving, Katharen. Katharen waren gelovigen die het geloof net iets anders beleefden dan katholieken en dat kon natuurlijk niet. Begin dertiende eeuw kwamen er derhalve kruistochten om de Katharen uit te roeien. De Franse koning sloot zich hiervoor maar wat graag aan bij de paus, wat zo kon hij zijn invloed in het zuiden van Frankrijk mooi uitbreiden.

De kruisvaarders togen richting Béziers en eisten de uitlevering van alle Katharen. Het is overigens onbekend of er enkele honderden of duizenden Katharen in de stad aanwezig waren. De stad weigerde mee te werken en iedereen dacht veilig binnen de stadsmuur te zitten, zowel Katharen als katholieken. De kruisvaarders wisten echter toch de stad in te komen.

De afgezant van de paus kreeg vervolgens de vraag hoe de ketters van de katholieken te onderscheiden waren, waarop hij zei: 'Vermoord ze allemaal, god zal de zijnen herkennen. Wat volgde was een enorm bloedbad, waarbij volgens verslagen circa 20.000 slachtoffers zijn gevallen.

Veel geschiedkundigen trekken dat aantal in twijfel, omdat er waarschijnlijk maar zo'n 10.000 mensen in Béziers woonden in die tijd. Ik sluit het aantal van 20.000 echter absoluut niet uit, omdat het heel normaal is dat mensen uit de wijde omgeving de veiligheid van de stadsmuren op zouden zoeken met een oprukkend leger in de buurt.

Wat het precieze aantal ook is geweest, het blijft natuurlijk een waanzinnige slachtpartij. Waar Verdun een voorbeeld is van de waanzin die wereldlijke macht voort kan brengen, is Béziers een voorbeeld van wat religieuze macht voort kan brengen. Beiden zijn uiteraard absoluut niet de enige voorbeelden.

Wat dan natuurlijk wel weer vreemd is, is dat niemand het vreemd vind wanneer je kritisch richting ereldlijke macht bent, maar velen een kritische houding richting religieuze macht absoluut niet kunnen waarderen.

En de Katharen? Die zijn dankzij meerdere andere aanvallen, gevolgd door jaren van achtervolging door de inquisitie, tot op de laatste gelovige uitgemoord.

Na Béziers volgt de weg naar Narbonne en het is op deze weg dat voor het eerst zichtbaar is dat de Pyreneeën er aan zitten te komen. Ze zijn nog klein en in de verte, maar de aaneengesloten bergketen is voor het eerst goed zichtbaar.


Tegen het einde van de middag fiets ik Narbonne in. Voor de wijnliefhebbers, dit is waar de Franse wijnproductie ooit begon. Uiteraard ten tijde van de Romeinen. Vreemd genoeg is deze streek, waar ze dus de meeste ervaring in Frankrijk hebben, juist een streek die lang bekend stond om zijn goedkope slobberwijnen. Het is pas sinds enkele decennia dat ze hier meer op de kwaliteit zijn gaan letten.

Omdat ik vanaf het inrijden van Narbonne direct naar de Mac ben gefietst en het centrum heb overgeslagen, kan ik geen zinnig woord zeggen over of de stad de moeite waard is. Na het debacle qua opladen twee dagen geleden, was ik gewoon direct aan stroom toe.

Omdat ik nu echt alles leeg had, moest ik ook wat langer blijven zitten om te laden, dus verliet ik pas met sluitingstijd de zaak. Dit deed ik vrijwel tegelijkertijd met een ander die er ook uren had gezeten met de stekker in het stopcontact. Buiten kwam ik tot de ontdekking dat hij ook een volgepakte fiets bij zich had. Een collega dus!

Tijd dus, voor een gesprekje. Het blijkt om een Italiaan te gaan, die inmiddels al 'even' onderweg is na met een depressie te zijn vertrokken. Nou ja, even. Deze man gaat al twintig jaar fietsend en werkend door Europa. Dat vind ik persoonlijk toch wel een beetje veel.

Na het gesprek zoek ik een plekje voor de nacht. In het donker zie ik op deze plek al veel zwartgeblakerde dingen. Iets zegt me dat hier een bosbrand overheen is gegaan. Morgen hierover meer, nu enkel nog de afsluiter.

vrijdag 22 december 2017

Dag 229: Agde - Vias

Laat vertrek door regen, wind tegen en 13 kilometer.

Gisteravond was de voorspelling nog dat het vandaag droog zou blijven, vanmorgen is dat anders. Bij het ontwaken zie ik op de weerapp dat het ieder moment kan gaan regenen. In eerste instantie lijkt het om 12 uur droog te worden, wat me nog mooi wat fietstijd zou geven, maar de buien bewegen steeds langzamer, waardoor de mogelijkheid om te vertrekken ook steeds verder naar achter verschuift.

Uiteindelijk stopt de regen iets na twee uur. Er is nog wel een nakomertje onderweg, maar dat kan ik wel hebben. Nu zou ik niet zo lang geleden van een dag als vandaag een rustdag hebben gemaakt, maar ik loop al genoeg achter op schema, dus besluit ik toch te vertrekken, ook al kan ik nog maar even fietsen.

Ik sta letterlijk net dertig seconden buiten mijn tent, op het moment dat de eigenaar van dit verwilderde stuk land langskomt. Hij vraagt of ik van plan ben om lang te blijven, waarop ik zeg dat ik net wil vertrekken. Zijn reactie is tot mijn verrassing blijf toch nog een nacht, veel te koud om te fietsen vandaag. Ik dank hem voor het aanbod, maar zeg toch te vertrekken, waarna ik begin met het leeghalen en daarna afbreken van de tent.


Zodra ik op de fiets stap merk ik dat er nog iets niet klopt aan de weersvoorspelling, ik heb de wind niet zoals verwacht schuin mee, maar juist schuin tegen. Dat helpt natuurlijk niet op een korte fietsdag als vandaag.

De weg die ik deze dagen volg is de oude route national 9. Die is tegenwoordig geen route national meer, maar gewoon een departementale weg. Na Agde gisteren heb ik besloten om even van die weg af te wijken, omdat de weg waar ik vannacht naast geslapen heb korter is. Vandaag ontdek ik dat dat een extra goede keuze was, want op het punt waar ik weer bij die weg kom zie ik dat het daarvoor een autoweg was, waar ik helemasl niet had mogen fietsen. Met wat mazzel heb ik dus in ieder geval een omweg met zoekwerk weten te voorkomen.


Ik worstel een aantal kilometers met de wind, doe onderweg nog even inkopen, en moet daarna alweer op zoek naar een plek voor de nacht. Gelukkig vind ik nog net voor zonsondergang een prachtige plek om ongemerkt de nacht door te brengen, zodat ik nog met daglicht mijn tent op kan zetten. Dat is ook wel een keer fijn. Vlak voor ik klaar ben zie ik nog net hoe de ondergaande zon het bijna laat lijken of er een bosbrand gaande is, iets dat hier overigens niet ongewoon is.


Een dag waarop ik niet veel heb gefietst en dus ook niet veel heb gezien, maar liever dertien kilometers dan nul. Ik slaap dus weer wat dichter bij Spanje. Als afsluiter een nummer dat vandaag in mijn hoofd zat en ik luidkeels gezongen heb terwijl het verkeer langs me raasde.